Cinque Terre
Na Zwitserland hebben we koers gezet naar Italië en onze eerste stop is Cinque Terre. Via de St. Bernardpas rijden we in 6 uur naar Levanto. Onderweg hebben we vreselijk noodweer gehad. Zo erg zelfs dat we de auto op de vluchtstrook moesten zetten, omdat we niets meer konden zien. Eenmaal in de buurt van Genua rijden we van tunnel naar tunnel. Het zijn er wel meer dan 100 denk ik.
Aangekomen bij ons mooie hotel op de berg boven het stadje Levanto stopt het met regenen. We nemen een duik in het zwembad met een prachtig uitzicht en zoeken daarna in het stadje een restaurantje. Het stadje is erg gezellig met veel leuke tentjes, winkels etc.
De volgende ochtend gaan we op pad. We hadden een leuk plan gemaakt voor het bezoek van de verschillende stadjes. Je kunt de Cinque Terre bezoeken met de boot en met de trein. De stadjes zijn het mooist vanaf het water, maar ja, dan moet je wel goede zeebenen hebben. En wat blijkt, dat hebben wij nou net niet. We wilden tot Portovenere varen en vanaf daar steeds met de boot een plaatsje terug. Je mag namelijk met een dagkaart van €35,- met de boot overal uitstappen en weer opstappen. Als de boot tenminste vaart, want dat was op het einde van de dag niet meer zo, omdat de golven te hoog waren en de boot niet meer kon aanleggen.
De boot gaat vanuit Levanto om 10.00 uur weg en het is ruim 1 uur varen naar Riomaggiore, waar we uitstappen. Een leuk dorpje dat steil tegen de heuvel is aangebouwd met allemaal kruip-door-sluip-door straatjes. Huisjes in diverse kleuren en natuurlijk winkeltjes en restaurantjes. Een fijne plek voor een drankje en de lunch.
Door alle zeeziektes besluiten we om een dagpas voor de trein erbij te kopen en met de trein terug te gaan. Een dagpas voor 1 volwassene koop je voor €16,- of je koopt een familiekaart voor €46,- (2 volw + 2 kinderen onder de 12 jaar). De treinen gaan om het half uur en stoppen in ieder stadje.
Onze volgende stop is Manarola. Dit dorpje vond ik het leukste. Nog meer gekleurde huisjes, steilere straatjes en veel winkeltjes. Je kunt hier ook een stuk van het oude, bekende wandelpad lopen, maar dat is sinds een paar jaar grotendeels gesloten uit veiligheidsoverwegingen. Een klein stukje mag nog en dan kun je wel schitterende foto’s maken (dit dorp is alleen met de trein te bezoeken)
De volgende stop die we willen doen is Corniglia. Als we daar met de trein aankomen, blijkt dat we nog wel een half uur bergopwaarts moeten en dat zien we met de warmte niet meer zo zitten. De kinderen beginnen er ook een beetje genoeg van te krijgen, dus we pakken maar gelijk de volgende trein naar Vernazza.
Vernazza is ook een erg leuk dorp, de trein stopt gewoon midden in het dorp en omdat dit lager ligt, kun je tot aan de haven lopen. We hadden bedacht het laatste stukje terug toch nog even de boot te pakken. Maar die vlieger gaat helaas niet op, want de boot kan dus niet meer aanleggen. Jammer, want de auto staat bij de haven in Levanto en het treinstation ligt wat buiten het dorp. Toch nog een wandeling van zo’n 20 minuten, maar gelukkig bergafwaarts. En met het zwembad in gedachten, vinden de jongens het niet meer zo’n probleem. We scoren eerst nog wat lekkere hapjes in de supermarkt, want we hebben geen puf meer om op pad te gaan voor een restaurant.
We hebben nog een dagje in Levanto, slapen wat uit en doen een dagje strand. Het is wel een kiezelstrand, dus waterschoenen is een aanrader. Een strandbedje is hier ook nog goed te betalen, voor €5,- heb je er al een voor de hele dag. De golven zijn enorm en de rode vlag kleurt dan ook de hele dag. Het is dus alleen mogelijk om aan het randje van de zee spelen, maar de jongens vermaken zich prima. Na 5 uur in de zon en de zee gaan we weer terug naar ons mooie hotel op de berg.
Morgen door naar Toscane.